Blauwe hardsteen van la Préalle

 

1 Geografie / Geologie

 De Carrières de la Préalle Sprimont S.A. ontginnen een blauwe steen genaamd “ARDUIN – BELGISCHE BLAUWE HARDSTEEN ®”, gecommercialiseerd onder de naam “ARDUIN VAN DE OURTHE“. De groeve van La Préalle bevindt zich in La Préalle, ten oosten van de vroegere deelgemeente Chanxhe (Sprimont), in het bekken van de Ourthe-Amblève, in het centrale deel van de noordflank van de Synclinale van Sprimont. Lambert-coördinaten: N 50° 30’ 10.285’’ O 5° 36’ 25.942’’.

Het materiaal wordt gebruikt als bouwsteen en behouwsteen. Het betreft een compacte, niet-poreuze fossielhoudende kalksteen, met crinoïden, met een grijze kleur bij een gezaagd vlak en een donkergrijze kleur bij een vers breukvlak, met stylolitische voegen evenwijdig met de gelaagdheid. De ontgonnen lagen vormen de Formatie van de Encriniet van Ecaussinnes (Tn3b), ouderdom Ivoriaan, serie Tournaisiaan – Dinantiaan, Onder-Carboon.

De ontginning gebeurt in open lucht; de banken hebben een strekking van N88°O en een helling van 58°Z in het westelijke deel van de groeven en een strekking van N86°O en een helling van 50°Z in het oostelijke deel. De totale ontginbare dikte aan één stuk bedraagt ongeveer 32,8 m.

De goedkeuring betreft de delen van de groeve van vergelijkbare kwaliteit, d.w.z. de homogene, weinig styloliethoudende massieve productiebanken van het uitgebate geheel, duidelijk aangeduid op de coupe (zie bijlage 1, geologische coupe).

2 Petrografie / Lithologie

 Macroscopische beschrijving :

 “ARDUIN – BELGISCHE BLAUWE HARDSTEEN ®” is een compacte kalksteen van sedimentaire oorsprong die het gevolg is van de opeenhoping van ontelbare resten van crinoïden samengekit in een microkristallijne calcietmassa. Zijn grijze kleur bij een gezaagd vlak en donkergrijze kleur bij een vers breukvlak is te wijten aan de organische koolstof die tussen de calcietkristallen aanwezig is. De steen verkrijgt een middelmatig grijs patina typisch voor dit materiaal. Met dit patina, dat te wijten is aan de veroudering en inherent is aan de samenstelling van het gesteente, moet bij restauratiewerken rekening worden gehouden.

Naast resten van crinoïden bevat de kalksteen fragmenten van bryozoa (hoofdzakelijk fenestella), schelpen van brachiopoden en koralen (alleenstaand of in kolonie). In de groeve wordt een gecarbonateerd afzettingsgesteente ontgonnen (2.2.1.2.b in PTV 819-4 Classificaties van gesteenten in het kader van de homologatie onder verwijzing naar de NBN EN 12670).

Microscopische beschrijving

“ARDUIN – BELGISCHE BLAUWE HARDSTEEN ®” is een bioclastische kalksteen met dominerend crinoïden; de andere fragmenten zijn bryozoa, brachiopoden en koralen. In sommige banken kunnen lokaal pellets worden waargenomen. Het is een packstone, soms een grainstone (DUNHAM-classificatie) of een biomicriet tot een biospariet (FOLK- classificatie, zie NBN EN 12670). Andere lithologische bijzonderheden kunnen aanwezig zijn (zie TV 220).

Samenstelling (ter informatie)

De gemiddelde samenstelling is van 96 tot 99 % carbonaat (minstens 80%, hoofdzakelijk calciet), van 0 % tot 1% kwarts, van 0,1% tot 0,4 % ijzer (vooral sulfiden: pyriet en marcassiet) en van 0,2 % tot 0,4 % organische koolstof.